Skip to main content

Je eigen beleggingsfonds aanmaken met je verwacht optimaal rendement en risico - Het kan



HOEVEEL % VAN DE BELEGGGERSREKENINGEN MAKEN WINST IN NEDERLAND?
Uiteindelijk bepalen de fluctuerende historische waarden van je beleggingen de verwachte rendementen en risico’s daarop. Het zijn die historische waarden van je vermogen in je beleggersrekening, die iedere belegger bij zijn jaarlijkse belastingaangifte minimaal halfjaarlijks moet aangeven. De fiscus heeft bovendien het recht op inzage in alle transacties die je gedaan hebt. Je doet er goed aan om die transacties op een rijtje te hebben staan. Je broker helpt je daar meestal bij. Er wordt wel beweerd dat ongeveer 95% van de beleggersrekeningen verliesgevend zijn. Voor een recente verwijzing daarover zie VantagePointTrading. Die 95% zou inclusief professionele beleggers zijn. Die 95% zou trouwens ook gelden voor rekeninghouders van cryptogeld (Verdeling van welvaart). Beleggen zou dus maar voor een relatief zeer klein percentage van rekeninghouders profijt opleveren. Dat de statistische verwachtingen van beleggen blijkbaar uitzonderlijk laag zijn laat onverlet, dat de psychologische verwachtingen op een redelijk rendement torenhoog worden gespannen met advertentiecampagnes. Komt dat niet als misleidend over? Opmerkelijk is dat er dagelijks of wekelijks meestal geen grafiek gemaakt wordt van de voortschrijdende realisatiewaarde van je eigen beleggersrekening. Een grafiek zegt meer dan duizend woorden of getallen. Zo’n grafiek laat in een oogwenk zien of je tot die gelukkige 5% hoort of tot die immense groep van pechvogels. Om een spel te winnen waar je slechts 5% kans hebt om te winnen is meer nodig dan een gokje te wagen en je tijden van verlies uit te zweten. Geluk dwing je af. De smaak ervan kan zo verslavend werken dat je je eigen kannibaal wordt. Rijmde de Bredase schoolmeester John O’ Mill uit de zestiger jaren al niet zoiets als:

dat als de eerste hapjes smaken,
men aan zichzelf verslaafd kan raken… .
Ook dit verhaal kent zijn moraal:
wordt nooit uw eigen kannibaal.

BEPALEN PSYCHOLOGISCHE RISICO PERCEPTIES OF RATIONELE RISICO’S INVESTERINGSBESLISSINGEN VAN CONSUMENTEN?
De wetgeving krijgt daarover wat zij verdient. Uit recent onderzoek door Stefan Zeitbergen van de Radboud Universiteit in samenwerking met de Autoriteit Financiële Markten (AFM) bleek dat risico percepties investeringsbeslissingen in gang zetten. In het onderzoek werden 757 mensen ondervraagd die allemaal, of een gedeelte ervan, lid waren van het zogenaamde consumentenpanel van de AFM, een groep van ongeveer 2000 personen die niet-professioneel beleggen. Een van de auteurs van dit artikel was ook uitgenodigd om deel te nemen. De vraagstellingen in het onderzoek waren zodanig geformuleerd dat het doel van de uitkomst van het onderzoek praktisch onontkomenlijk gericht zou zijn om het verband tussen risico percepties en investeringsbeslissingen aan te tonen. Je krijgt wat je meet. Echter, statistiek kan nooit een bewijs leveren voor het bestaan van een oorzakelijk verband tussen risico perceptie en een investeringsbeslissing. Is het dan niet enigszins misleidend om zo de conclusie van een wetenschappelijk getint rapport te formuleren: “risico percepties drijven beslissingen”? In wiens belang werd dit onderzoek verricht? Volgens de site van Zeitbergen consulteert hij professionele marktpartijen die actief in activa handelen en beleggen. Wettelijke regels verplichten dergelijk personen tot een vergunning van de AFM. Het consumentenpanel van de AFM werd voor dit onderzoek gebruikt. Hoe trekken de leden van dit panel lering of hun voordeel uit dit onderzoek? Deze laatste vraag probeerde de AFM met haar onderzoek onder 500 van de ongeveer 1 miljoen zelf-investeerders in Nederland eind 2015 te beantwoorden. Dit onderzoek maakte onderscheid tussen twee vormen van beleggingsbesluitvorming: rationeel kiezen (Rational Choice Theory: RCT) of kiezen met psychologische voorkeuren. Volgens JP Morgan maakt professioneel vermogensbeheer rationele keuzes over screenen, ranken, timen, en wegen van activa om risico’s en rendementen met elkaar in balans te krijgen. Deze vier processen zijn relatief eenvoudig te digitaliseren. Een belegger zou altijd de beschikking moeten kunnen hebben over een stuk gereedschap dat hem de mogelijkheid geeft om op puur rationele wijze inzicht te krijgen in wat zijn rationele keuzes en doelstellingen betekenen voor de verwachtingswaarden van zijn rendementen en risico’s. DigiFundManager is zo’n stuk gereedschap. Dan heeft hij in ieder geval een benchmark. Het programma definieert risico als een maximale teruggang in plaats van een veelvoud van standaarddeviaties die als spreiding in een distributiefunctie worden aangenomen. Die laatste definitie heeft zin als die distributiefunctie als Normaal wordt verondersteld en dat is die niet. Het mogelijk maken van psychologische interpretaties van risico’s zou niet aan de orde zijn als het concept van risico helder door de wetgevers onafhankelijk van distributiefuncties was gedefinieerd op een rationele wijze in plaats van op een kwalitatieve of psychologische manier. Ook de Wet Financieel Toezicht (WFT) krijgt wat zij verdient.

GRAFIEK VAN JE WEKELIJKSE VERMOGEN – Met blockchain kan het
Als je belegt, maak dagelijks of wekelijks eens een staatje en een grafiek van de voortschrijdende netto liquidatiewaarde van je beleggersrekening. Gebruik daarbij de dagelijkse of wekelijkse slotkoersen. Handelen op die slotkoersen wordt door een aantal brokers aangeboden. Daarom geven slotkoersen een verifieerbare realisatiewaarde weer. In je zelfgemaakte grafiek treden de maximale neergangen in je fluctuerende vermogen gewoonlijk op in tijden van economische teruggang. In het Engels worden dat “Maximum Drawdowns” genoemd. De trend van je fluctuerende vermogen wordt bepaald door de gemiddelde stijging of daling die je eigen vermogen met het voortgaan van de tijd ondervindt. Het jaarlijks gemiddelde beleggingsresultaat wordt het rendement genoemd en de maximale teruggang op dat gemiddelde over al die jaren wordt het risico genoemd dat je daarop loopt. Trends, gemiddelden en maximale teruggangen kunnen met relatief eenvoudige software algoritmes berekend worden uit de historische waarden.

VERWACHTINGSWAARDEN VOOR DE TOEKOMST ZIJN GEMIDDELDEN UIT HET VERLEDEN
Verwachtingswaarden voor de toekomst zijn niet anders dan gemiddelden uit het verleden. Een gemiddelde stijging van ongeveer 7%/jaar over de afgelopen 30 jaar met maximale teruggangen in recessies van -56% zijn de historische kengetallen van de grote Amerikaanse indices als de DJIA en de S&P500. Statistisch gezien mag je dan verwachten dat de komende 30 jaar dit risico- en rendement-gedrag zich voortzet. Statistische verwachtingen geven geen enkele garantie voor de toekomst. De Indices gedragen zich in wezen niet anders dan je eigen mandje met effecten. Alleen zijn de effecten in de langzaam veranderende samenstellingen van de mandjes van de Indices ieder op hun eigen wijze gewogen. Voor de berekeningssystematiek van beleggingsresultaten en risico’s maakt het geen verschil of je nu snel- of langzaam-variërende samenstellingen van mandjes met effecten hebt. Het wegen van effecten in een mandje of portefeuille is niet anders dan dat je de hoeveelheid geld bepaalt die je in ieder effect belegt. Gelijk-gewogen betekent dat je mandje van effecten bij het startpunt van iedere week evenveel geld per effect bevat. Voor ieder effect betekent dat een ander aantal aandelen dat voor een houdperiode van een week wordt aangehouden. Op ieder moment is de waarde van je mandje het gewogen gemiddelde van de omgekeerde individuele historische slotkoersen van je effecten. Meer algemeen zijn de weegfactoren het aantal aandelen per geldeenheid dat je in ieder effect investeert. Wegen kan een belangrijke invloed hebben op de verwachte rendementen van je beleggingen en de risico’s die je daarop loopt.

WEGEN HEEFT INVLOED OP VERWACHT RENDEMENT EN RISICO DAAROP
In onderstaande grafiek wordt het belang van wegen geïllustreerd:

Fig. 1: Verschil tussen de marktwaarde-gewogen S&P500 (paarse curve) en de gelijk-gewogen Monkey-Index (zwarte curve), wekelijks weergegeven op de vrijdag slotkoersen gedurende de ruim afgelopen 30 jaar voorafgaande aan 14/04/2018, beide Indices genormaliseerd op een startwaarde van US $1.

De Monkey Index, ook wel de Random500 genoemd, geeft de samengestelde waarden weer van mandjes van 500 wekelijks willekeurig gekozen effecten op Wall Street die momenteel bij de Securities and Exchange Commission, de SEC, als actief verhandelbaar geregistreerd staan. Bovendien is er als screeningsvoorwaarde opgelegd dat het liquide effecten zijn waarvan de gemiddelde dollar-handelsvolumes minimaal US $1 miljoen/dag bedragen. Het rendementsverschil tussen beide Indices is ongeveer een factor twee in het voordeel van de willekeurig selecterende Monkey (Aap). De risico’s op die rendementen zijn nagenoeg gelijk, ongeveer -56%. Het grote verschil in rendementen heeft echter weinig met het selectievermogen van een Aap te maken versus dat van Standard & Poor. Het is de weging die het verschil uitmaakt. Als je de 500 effecten van de huidige S&P500 met dezelfde liquiditeitsvoorwaarde wekelijks gelijk zou wegen over de afgelopen 30 jaar, krijg je ongeveer hetzelfde rendement en risico daarop als de Random500.

OPTIMALISEREN VAN VERWACHT RENDEMENT EN RISICO’S DAAROP
Bovenstaande grafiek suggereert dat het mogelijk moet zijn om portefeuilles op ieder moment optimaal te wegen om rendementen en risico’s te optimaliseren. Dat worden optimale portefeuilles genoemd. Dat je op bepaalde tijdstippen je portefeuilles optimaliseert wil nog niet zeggen dat een tijdreeks van optimale portefeuilles een hoger verwacht rendement heeft met een lager risico daarop dan bijvoorbeeld dezelfde tijdreeks van dezelfde prijs-gewogen en gelijk-gewogen portefeuilles. Meestal is dat echter wel het geval, wat duidelijk wordt als je die laatste twee tijdreeksen als benchmark (vergelijking) gebruikt. Het optimaliseren van gewogen gemiddelden is inderdaad mogelijk voor ieder persoonlijk beleggingssysteem met relatief eenvoudige softwareprogrammatuur. Je hoeft geen raketgeleerde te zijn om de optimale wegingen van gewogen gemiddelden uit te rekenen in een optimalisatieproces van je eigen beleggingsdoelstelling. We komen daar later op terug in dit stukje.
Brokers geven vaak het fluctuerende verloop van Indices in alle toonaarden grafisch voor je weer. Dat gebeurt ook voor individuele effecten. Meestal gebeurt dat niet voor het historische verloop van je eigen veranderende mandje van zelf-gewogen effecten. DigiFundManager doet dat voor je. 

VALLEN EN OPSTAAN IS VAN ALLE TIJDEN – MEAN-REVERSION
Fluctuaties en gemiddelden zijn statistische begrippen. Is dit statistische gedrag van vallen en opstaan van alle tijden? Financiële experts beweren dat statistische variaties van beleggingsresultaten zich niet willekeurig met het voortgaan van de tijd ontwikkelen. Periodes van lagere, negatieve resultaten worden binnen die redenering systematisch opgevolgd door compenserende periodes van hogere, positieve resultaten. Economen stellen dat periodes van kansrijke situaties gewoonlijk opgevolgd worden door periodes van bedreigende situaties. Het inspelen daarop met beleggingstactieken heet “mean-reversion” in het Engels, het steeds weer terugkeren naar het langzaam voortschrijdende gemiddelde. Daartegenover staan de tactieken van trend-volgende beleggingssystemen. Deze laatste beleggingssystemen komen voort uit de technische analyse onder het thema “the trend is your friend (until it bends)”. Het consistent valideren of backtesten van trend-volgende systemen laat zien dat ze al dertig jaar geen duurzaam gedrag meer vertonen. In het Engels heet het dat technische, maar ook fundamentele indicatoren een beperkte “shelf life (levensduur)” hebben met een relatief korte “alpha-decay time (halfwaardetijd, een begrip uit de natuurkunde)”. Ze werken gedurende bepaalde tijden en dan werken ze weer niet met onvoorspelbare omslagpunten. Deze korte levensduren zouden met de efficiëntie van de financiële markten verklaard kunnen worden. De smaak van geluk kan verslavend werken. Over smaak valt niet te twisten.

HET TREND-VOLGENDE BELEGGINGSSYSTEEM VAN SUPERFUND
SuperFund uit Wenen heeft een aantal zwerffondsen onder zijn hoede. In die fondsen vindt het voortdurend selecteren en opschudden van portefeuille posities dagelijks plaats en worden de posities puur kwantitatief berekend. Ook de kleinere belegger kan daarop intekenen. Ze passen trend-volgende indicatoren toe uit de technische analyse. De rendementen die ze al vier jaar laten zien zijn licht negatief over die periode. De risico’s worden redelijk beheerst. Hun software voor charting en fundamentele informatie wordt gegeven door het softwareprogramma TeleTrader. De standaard editie daarvan is gratis. Het programma is een fantastische bron van zeer diverse financiële informatie met een werkelijk prachtige grafische gebruikersinterface. SuperFund stelt dat het nieuwe aan hun beleggingsfondsen is dat ze long posities afdekken (“hedgen”) met overeenkomstige posities uit de termijnmarkten, zodat ze de risico’s kunnen decimeren.

KUNNEN CONSUMENTEN EEN RISICO VAN -56% OP EEN RENDEMENT VAN 7% DRAGEN?
Feit is dat de kleine beleggende consument een -56% teruggang van zijn eigen vermogen gewoonlijk niet “overleeft”. Ook beroepsbeleggers kunnen dan tot faillissementen gedwongen worden. Ze doen een beroep op steun van de belastingbetaler als ze door de overheid te groot geacht worden om te falen. De laatste financiële crisis laat daar duidelijke voorbeelden van zien. De beleggende consument, oftewel de particuliere belegger, hoeft echter niet te rekenen op steun van de overheid in economisch barre tijden. De Wet Financieel Toezicht (WFT) maakt onderscheid tussen consumenten en marktpartijen. Marktpartijen zijn banken, brokers, bewaarders, professionele vermogensbeheerders, en tegenwoordig ook dataproviders. De WFT volgt hierin de Europese richtlijnen van de MiFiD2, de zogenaamde “Markets in Financial Instruments Directive”. Net zoals in Amerika bij de SEC, zijn de marktpartijen die publiekelijk handelen in Nederland vergunningsplichtig bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) of moeten zich bij de AFM laten registreren. Ze hebben hun eigen zorgplicht voor consumenten. Marktpartijen moeten hun beheren, bewaren, en vereffenen van transacties transparant voor hun klanten en de fiscus maken. Daarmee wordt het totale financiële spel in Nederland transparant voor de fiscus. Als dan de blockchain technologie gaat worden toegepast, kunnen we het financiële spel van iedereen en deelverzamelingen daarvan elke seconde transparant maken. Dan kan het Centraal Plan Bureau (CPB) de welvaart iedere seconde zien fluctueren. Met het verkorten van de waarnemingstijd gaat de volatiliteit omhoog en daarmee de kortstondige kansen en bedreigingen. Er staat nog wat te gebeuren in de financiële sector.

DE VOORSPELBAARHEID VAN DE ECONOMIE VAN KONDRATIEV
Zoals reeds gesteld, verwachtingswaarden voor de toekomst zijn niet anders dan gemiddelden uit het verleden. Gemiddelden fluctueren nu eenmaal veel minder dan de historische waarden die iedere seconde of iedere dag gemeten worden. Een wiskundige noemt iedere verzameling van gewogen waardeveranderingen van verschillende effecten of andere activa een oplossingsruimte. Economen en financiële experts kunnen aan het toekomstige gedrag van zo’n oplossingsruimte nog zekere wetmatigheden toeschrijven. In 1938 werd de econoom Nicolai Kondratiev daarvoor voor de tweede keer veroordeeld door het Stalin regiem en stierf hij voor het vuurpeloton. Wetmatigheden toeschrijven aan het tijdsgedrag van een oplossingsruimte betekent, dat de toekomstige bewegingen aan bepaalde voorwaarden moeten voldoen en dus voorspelbaar zijn. Kondratiev meende te voorzien dat het kapitalisme welvaart creëert die in golfbewegingen met een periode van 50 tot 60 jaar komt. In 2020 zouden we dan weer op een zogenaamd inflexiepunt of buigpunt komen te zitten waarop de tsunami wereldwijd op zijn hevigst zal woeden over de financiële markten. Maar volgens het Stalin regiem zou het kapitalisme zichzelf in een neergaande trend opblazen en was het ketters of tegen de leer om anders te denken. Je kunt van de financiële waarzeggers van deze wereld horen dat bij het opsteken van de stock-market tsunami eerst Europees geld naar Wall Street zal stromen en daarna Japans geld als die economische machten zichzelf opblazen. Dat zou dan aanvankelijk een sterke stijging van de dollar en goud veroorzaken. Het is maar een gedachte.  

HET ACHTERAF VERIFIËREN OF BACKTESTEN VAN VOORSPELLINGEN
Verwachtingswaarden voor de toekomst, oftewel gemiddelden van het verleden, krijgen dus pas een voorspellende werking als er extra financiële of economische wetmatigheden aan de koersbewegingen worden opgelegd. Je hoeft geen raketgeleerde te zijn om dergelijke wetmatigheden aan het berekenen van verwachtingswaarden op te leggen. Je betreedt dan de vakgebieden van de econometrie, de signaalverwerking, en de gametheorie. Dergelijke wetmatigheden worden in de wetenschap gezien als aannames of veronderstellingen (hypotheses) maar kunnen ook natuurkundige wetmatigheden zijn. Die aannames worden dan uitgebreid getest of gevalideerd op basis van, en daar heb je ze weer, historische meetgegevens. Om de effectiviteit van die aannames te testen heb je lange tijdspannes nodig en vroeger veel computervermogen of CPU’s. Tegenwoordig kun je een validatie of backtest over 30 jaar of meer op een simpele laptop herhaaldelijk in een oogwenk uitvoeren.

DE VOLATILITEIT VAN EEN DOLLAR BEDRIJFSWINST OP WALL STREET
Robert Shiller, een econoom en Nobelprijs winnaar, laat in een grafiek over bijna anderhalve eeuw zien hoe het aantal voor inflatie gecorrigeerde dollars varieert dat voor een dollar bedrijfswinst op de beurs betaald werd voor de S&P500. Gedurende recessies zijn de beurzen volatiel. De winsten worden dan schaars en je ziet de prijs per dollar winst sterk toenemen. Robert Shiller noemt dat irrationele uitbundigheid. De huidige prijs voor een dollar winst van de S&P500 is US $24.18 vergeleken bij een gemiddelde over die anderhalve eeuw van US $15.70. Dit zou aangeven dat Wall Street momenteel 54% overgewaardeerd is. In dit verband is het interessant om de volatiliteit van de Monkey Index eens te bekijken over een tijdsspanne van ruim een halve eeuw. Die kan eenvoudig berekend worden uit de standaarddeviaties van de gelijk-gewogen wekelijkse resultaten van 500 willekeurig gekozen effecten uit een lijst van ongeveer 7000 actieve Wall Street effecten die bij de SEC geregistreerd staan. De volgende grafiek laat het resultaat zien.

Fig. 2: Volatiliteit berekend uit de gelijk-gewogen Monkey Index over ruim een halve eeuw, waarbij de berekende waarden afgevlakt zijn met een 14-weeks middelpunts-afvlakking algoritme.

De twee grootste pieken in Fig. 2 geven de Internet crisis en de Financiële crisis weer in 2000 en 2008/9. “Black Monday” is ook zichtbaar als een piekje tegen het einde van 1987. Het is echter redelijk vergezocht om dit soort grafieken en die van Robert Shiller aan een spectrale analyse te onderwerpen om daarin de golftheorieën van Kondratiev en Elliott proberen te herkennen of zelfs te valideren.   

ECONOMISCHE WETMATIGHEDEN ZIJN MEEBEREKEND IN JE VERWACHTE RENDEMENTEN EN RISICO’S
In wezen gaat het een belegger om zijn verwachte rendementen en de risico’s die hij daarop loopt. Iedereen weet dat toekomstige beursbewegingen fundamenteel onvoorspelbaar zijn. Om daar dan toch duurzame voorspelbaarheid in te zoeken in de vorm van technische en/of fundamentele indicatoren zal een ontdekkingsreis naar het ongewisse blijven. Iedere professionele financiële analist moet wettelijk stellen dat historische gegevens statistisch slechts het berekenen van verwachtingswaarden mogelijk maken, die geen garantie geven voor de toekomst. Een levensverwachting van 83 jaar zegt niets over de leeftijd die ieder individu afzonderlijk zal bereiken. Die levensverwachting wordt op basis van historische gegevens als een gemiddelde bepaald.

VOORUITBLIKKEN IN DE MARKT ZIJN MEEBEREKEND IN JE VERWACHTE RENDEMENTEN EN RISICO’S
Vooruitblikken van analisten, economen, politici, sociologen en bedrijfsmanagers geven ook geen garantie voor de toekomst. Dat dit vooruitblikken de koersbewegingen op de beurzen beïnvloedt staat onomstotelijk vast. Als je die vooruitblikken als enige een dag van tevoren zou weten, dan zou je er veel geld mee kunnen verdienen. Op die manier je verrijken mag niet, omdat je dan met voorkennis handelt. Je weet met de huidige bandbreedte van je internetverbinding en je laptop praktisch iedere seconde en einde van de beursdag wat de voortschrijdende historische gegevens zijn. Met je laptop kun je op basis daarvan op praktisch ieder moment je nieuwe samenstellingen van portefeuilles berekenen en hoe je die optimaal moet wegen en timen. Technische en fundamentele analyses voegen aan het optimaal wegen en timen van portefeuilles niets toe.

JE BELEGGINGSDOELSTELLING OPTIMALISEERT JE VERWACHTE RENDEMENT EN RISICO DAAROP 
Een belegger moet wel vooraf weten wat hij wil optimaliseren: of hij zijn risico’s wil minimaliseren, zijn rendementen wil maximaliseren, of zijn risico/rendement ratio wil minimaliseren net voor ieder moment dat hij handelt. Het optimaal wegen en timen staat gelijk aan het systematisch goochelen met statistieken in CPU-intensieve berekeningen. De Engelsen gebruiken daar de kortere metafoor “number crunching” voor. Een moderne laptop en desktop zijn bij uitstek geschikt om met een relatief simpel optimalisatieprogramma op systematische en effectieve wijze rondom ieder tijdstip de optimale timing en portefeuille wegingen op te zoeken. Zo’n programma wordt een zoekalgoritme genoemd, in het Engels een “search engine”. Voor het zoeken naar een optimum worden schattingstechnieken gebruikt. Schattingstechnieken zijn weer het vakgebied van econometristen, signaalverwerkers, en wiskundigen.  

DE ACTIVITEITEN VAN EEN VERMOGENSBEHEERDER
Een vermogensbeheerder is eerst bezig om in een voortdurend proces van op elkaar volgende beleggingsbeslissingen de portefeuilles samen te stellen uit een grotere lijst van mogelijke kandidaten. Hij zal die grotere lijst onder andere moeten screenen op kandidaten die voldoende courant zijn, oftewel of er kandidaten zijn waar voldoende handel in is. Ten tweede zal hij de gescreende selectie moeten sorteren (ranken) op kandidaten met aflopende waarschijnlijkheid om in prijs te stijgen. In het Engels worden die processen “screening en ranking” genoemd. Voor dat screenen en ranken gebruikt een klassieke vermogensbeheerder zijn professionele inzicht om de informatie te beoordelen die hem door zijn team van analisten wordt aangereikt. Bij dat beoordelen zal hij tegenwoordig vaak een computer gebruiken. Het screenen en ranken van effecten kan ook alleen op basis van historische koersontwikkelingen gebeuren. In het Engels heet dat “data mining”. Het verschil tussen beide methoden is het verschil tussen het maken van klassieke en kwantitatieve beleggingsstrategieën. De concurrentiestrijd tussen klassiek en kwantitatief vermogensbeheer zal zich net als bij bridgen en schaken gaan ontwikkelen. Uiteindelijk zullen de klassieke spelers het niet meer kunnen winnen van de software waaraan ze vaak zelf bijgedragen hebben om die te ontwikkelen. Bloomberg laat in wezen zien dat die strijd al beslecht is. Om dat te illustreren vergelijken we het klassieke Zacks’ ranking systeem met het puur kwantitatieve ranking systeem van EnterErgodics.

ZACKS RANKEN VERSUS ERGODISCH RANKEN
Het ranking systeem van Zacks is gebaseerd op veranderingen in de vooruitblikken van ongeveer 3000 analisten die bij 150 verschillende brokers aangesloten zijn. Op ieder tijdstip monitoren ze meer dan 200,000 schattingen van bedrijfsresultaten en andere gerelateerde data. Zacks probeert daar iedere verandering in op te sporen. Ze bepalen voortdurend de consensus van die schattingen en ranken de grootte van de veranderingen daarin als maat voor de kans op succes. Hoe groter de verandering, des te meer kans op succes. Effecten met rang #1 worden gezien als “strong buys”. Effecten met rang #5 worden gezien als “strong sells”. Iedere week worden er gemiddeld 238 van de ongeveer 5000 effecten die actief op Wall Street verhandeld worden en beschikbaar zijn in de gegevensbestanden van Zacks met rang #1 bestempeld. In onderstaande grafiek worden wekelijks de gelijk-gewogen 238 “strong buys” van Zacks vergeleken met de wekelijks gelijk-gewogen 250 hoogste-in-rang effecten van EnterErgodics over een periode van ruim 18 jaar. Ergodisch ranken is op basis van historische slotkoersen gebaseerd. Eerst worden de 7000 effecten die actief op Wall Street verhandeld worden en bij de SEC geregistreerd staan op een minimum gemiddeld dollar-dag volume van US $0.1 miljoen gescreend. De grootste dalers in de overblijvende verzameling over een correlatietijd van een week zijn de hoogste in rang.

Fig. 3: De wekelijks samengestelde gelijk-gewogen resultaten van de 250 eersterangs stocks van EnterErgodics (groen), de gelijk-gewogen 238 “strong-buys” van Zacks (rood), met daarnaast de samengestelde wekelijks resultaten van de gelijk-gewogen Random500 (blauw), de prijs-gewogen DJIA (bruin), en de marktwaarde-gewogen S&P500 (paars).

Uit de grafieken en onderliggende getallen blijkt dat Zacks ranking (rode lijn) met ongeveer 10%/jaar onderdoet voor het kwantitatieve ergodisch ranking (groene lijn). De laatste ranking is puur gebaseerd op historische slotkoersen van Wall Street. Een geoefend oog kan zien dat vanaf 2013 beide ranking systemen weinig voor elkaar onderdoen.    

BELEGGINGSSOFTWARE VOOR KWANTITATIEF BELEGGEN EN BEPERKEN VAN JE RISICO’S
Hoewel kwantitatieve beleggingssoftware zoals die van SuperFund en Renaissance Technologies bedrijfsgeheim is, zijn er momenteel toch een aantal pakketten op de markt die beschikbaar zijn voor de particuliere investeerder: SmartQuant, QuantShare, DLPAL, en DigiFundManager. De laatste is een Nederlands product, en is de enige die optimale portefeuilles van long en short posities selecteert en daar een backtest op uitvoert. De pionier van de kwantitatieve beleggingsstrategieën is de Amerikaanse wiskundige Jim Simons. In 1982 richtte hij zijn bedrijf Renaissance Technologies op om zijn geluk te beproeven op de financiële markten. Volgens eigen zeggen ontwikkelde hij gedurende de eerste jaren zijn kwantitatieve beleggingsalgoritmes en vanaf 1988 heeft zijn beroemde Medallion zwerffonds volgens Bloomberg netto gemiddeld 41%/jaar opgebracht, al 28 jaar lang. Bloomberg rapporteert dat Renaissance Technologies in 2018 US $85 miljard aan activa onder beheer heeft. Het bijzondere van deze algoritmes is dat ze in staat zijn om tegelijkertijd long en short posities te combineren. Bij dat combineren kan de les van het London-Whale incident meegenomen worden dat de oogsten van appelboomgaarden niet af te dekken (hedgen) zijn met het combineren van shorten van de oogsten van perenboomgaarden. Tijdens kleine en grote correcties van de financiële markten blijft bij het passend combineren van long en short posities de schade beperkt. Oftewel, je verwachte jaarlijkse rendementen van je optimale portefeuilles en maximale risico’s daarop kunnen over de lange termijn ongeveer even groot gemaakt worden. Verwacht rendement en risico daarop zijn dan goed in evenwicht. Dat betekent dat bij het selecteren van een broker je niet alleen op slotkoersen moet kunnen handelen om je gerealiseerde resultaten te valideren. Hij zal ook de effecten van je watchlist zowel in long als short posities moeten laten verhandelen. 

HET AANMAKEN VAN JE EIGEN FONDS MET EVENWICHTIGE RISICO/RENDEMENT RATIO’S
Stel dat het je beleggingsdoelstelling is om een evenwichtige risico/rendement verhouding over de lange termijn te krijgen. Bij het realiseren van die doelstelling zal de verwachte waarde van je portefeuilles, in tegenstelling tot alle Indices, schuinrecht omhoog moeten blijven lopen. In het Engels heet het dan dat je een “well-balanced risk/reward ratio” van om en nabij de een nastreeft als beleggingsdoelstelling. De “risk/reward ratio” wordt als alternatief beschouwd voor wat in de financiële wereld de inverse van de Sharpe ratio genoemd wordt. Vraag maar eens aan je beleggingsadviseur wat de nagestreefde en gevalideerde “risk/reward ratio’s” zijn van de beleggingsfondsen waarover hij adviseert, waarbij je risico als de maximale terugval wordt gezien in barre economische tijden. Het is opmerkelijk dat die getallen niet altijd transparant zijn. De WFT laat daar de consument in de steek. Er staat nergens in hoe risico’s gekwantificeerd moeten worden, wel dat ze gekwalificeerd moeten worden. Sinds het baanbrekende werk van de Nobelprijswinnaar Sharpe, zou je de erkenning daarvan toch in de wet mogen terugvinden en in de adviezen van onze financiële adviseurs? In plaats daarvan wordt de particuliere belegger voorgehouden dat de lengte van tijd dat hij zijn kop in het zand wil steken zijn risicoprofiel kwalitatief bepaalt. En dat, terwijl de Nederlandse fiscus hem met zijn neus op de feiten kan drukken door dat fluctuerende vermogen in ieder geval tweekeer per jaar op te vragen.

BELANG VAN FINANCIEEL BREAKING NEWS VERSUS INZICHT IN BELEGGINGSSYTEMEN
Een particuliere belegger die meer in zijn mars heeft dan alleen maar even een gokje te wagen en daar de smaak te pakken van krijgt, doet er goed aan zich in te lezen in de verschillende vormen van beleggingssystemen. De enorme brei van breaking news die voortdurend naar buiten komt is een belangrijke business activiteit van Bloomberg en Reuters geworden. Je kunt je afvragen of al dat nieuws je zal helpen met het regelmatig opnieuw screenen, ranken, timen en wegen van je optimale portefeuilles. Vooralsnog heb je daar alleen een complete en betaalbare broker voor nodig, een betrouwbare en betaalbare dataprovider van historische sluitkoersen, en een efficiënt en effectief softwareprogramma. Dat laatste moet je in staat stellen om optimaal gewogen en getimede portefeuilles automatisch samen te stellen op basis van persoonlijke keuzes voor screenen en ranken en je eigen beleggingsdoelstelling. De tijdreeks van deze optimale portefeuilles moet dan gevalideerd worden op je eigen beleggingsverwachtingen over een periode die jezelf kan instellen en voldoende vertrouwen geeft voor de toekomst. Die verwachting wordt dan gekwantificeerd in termen van een verwacht rendement met een maximaal risico daarop, daarbij in de volledige wetenschap dat verwachtingen geen garantie geven voor de toekomst. De berekende portefeuilles met de verwachte rendementen en risico’s vormen geen beleggingsadvies. Die portefeuilles, verwachte resultaten en risico’s zijn het gevolg van je eigen persoonlijke keuzes, inclusief die voor een broker en dataprovider. De algoritmes die de tijdreeks van optimale portefeuilles bepalen en de verwachte resultaten en risico’s daarvan zijn relatief eenvoudig. Die relatief eenvoudige rekenmodules zijn wiskundig verantwoorde filter-, sorteer-, en optimalisatiemachines van een oplossingsruimte. Daarbij maken die rekenmodules gebruik van modules die een gewogen gemiddelde bepalen en de maximale afwijkingen daarop.   

Enter: 18-04-2018,

Dit artikel werd aangeboden aan de redactie van Effect, het maandblad van de VEB